Over Jolanda en het ontstaan van SierDaden
Creativiteit
Creativiteit heeft altijd in mij gezeten. Als kind was ik altijd al aan het knutselen. Zowel materialen die ik gebruikte als de dingen die ik creëerde waren divers. In mijn ogen waren (en zijn) de mogelijkheden eindeloos. Ik heb het geluk dat ik hiervoor ‘handige vingers’ heb en een ruimtelijk inzicht. Vaak zag ik het resultaat al in mijn hoofd. Mijn vingers hoefden het alleen nog maar te maken.
Die handige vingers zorgden ook wel eens voor problemen. Ze konden zo veel meer doen dan ik met mijn brein kon bevatten. Vóór mijn 5e jaar woonde ik met mijn ouders in een flat. Op de vloer van mijn kamer lagen rieten tegels. Ik was zo handig dat ik op die rieten regels lucifers kon aansteken. Wat de mogelijke gevolgen waren kon ik niet overzien. Gelukkig had mijn moeder snel in de gaten wat ik aan het doen was en een emmer water maakte al snel een eind aan dat mooie vlammetje op mijn vloer. Voor ‘straf’ moest ik de hele middag op mijn kamer blijven en naar die verbrande tegel kijken. Het werkte. Ik weet het nu nog!
Techniek
Mijn ouders hebben mij altijd gestimuleerd. Alles wat ik maakte was prachtig (dat hoort erbij als je pappa of mamma bent). Mijn vader had nogal wat gereedschap en materialen waarmee ik aan de slag mocht. Ik herinner mij een modeltrein en een heuse telefoon die hij voor mij gemaakt had. De telefoon bestond uit een doos met een echte draaischijf en hoorn. Aan de doos zat een lange kabel. Aan het andere eind van die kabel zat ook een hoorn. Zo kon ik echt met iemand in een andere ruimte praten.
Hoewel de trein en de telefoon mijn interesse hadden was ik nog meer geïnteresseerd in de binnenkant. Wat zat daar nou in. Waarom kon een trein rijden en kon ik met mijn moeder in een andere kamer praten door een draadje? Mijn interesse voor techniek, in welke vorm dan ook, werd aangesproken.
Op deze foto ben ik bijna 4 jaar oud. Een schroevendraaier in de ene hand en een ouderwetse telefoonstekker in de andere.
Interesses
Omdat ik veeeel interesses had (en nog steeds heb) bleef het lange tijd bij knutselen en (de-)monteren van apparaten. Op de middelbare school haalde ik bij handenarbeid niet eens fantastische cijfers. Ik moest mijn handen het werk laten doen. Mijn brein zat mijn handen echter nogal eens in de weg. Ik dacht te veel na over het eindresultaat. Dat was ik immers gewend. Als ik met gereedschap kon werken (zagen, boren enz.) dan ging het nog wel. Zodra ik echter met klei aan de gang moest ging het mis. Klei kon ik maar moeilijk in vorm denken.
Fotografie daarentegen was ‘mijn ding’. Het uitproberen van verschillende zichtpunten voor de mooiste en meest verassende compositie vond ik erg leuk om te doen. Ook daarbij had ik vaak al het eindresultaat in mijn gedachten. En de donkere kamer. Zó leuk om een filmpje te ontwikkelen, zou het wel goed gaan? Om daarna een afdruk te maken. Het beeld dat ik in mijn hoofd had verscheen voor mijn neus op fotopapier. Magisch!
Schoolkeuze
Zoals gezegd, heb ik veel interesses. Mijn hart ligt dan ook bij paarden. Na de middelbare school wilde ik niets liever dan dierenarts worden. Ik kon echter niet zo goed overweg met scheikunde en scheikunde niet met mij. Dat werd dus géén uni. Ook de hippische opleiding in Deurne was geen optie. Ik zou zelf twee paarden moeten meenemen. Daar had ik destijds geen toegang toe en ook financieel was dit niet haalbaar.
Wat dan wel? Mijn oog viel op de Koninklijke academie voor beeldende kunsten in Den Haag, richting fotografie. Netjes een port folio met mijn mooiste foto’s mee naar het kennismakingsgesprek. Er werd mij aangeraden om eerst een jaar bij een fotograaf te gaan werken om daarna nog eens op gesprek te komen. Veel medescholieren hadden al voor een tussenjaar gekozen en ik hoorde veel mensen zeggen dat het ze daarna zwaar viel om weer naar school te gaan. Ik zag de bui al hangen. Ik wilde geen tussenjaar en dus geen academie.
MTS-Vakschool
Na zonder resultaat bij verschillende scholen te hebben gekeken wist ik het niet meer. Ik vond veel richtingen leuk maar er was niets wat binnen mijn bereik lag en waar ik passie voor voelde. Tot mijn moeder een dagje uit ging met mijn oma. Ze gingen op 2e pinksterdag naar Schoonhoven. Al 70 jaar wordt op die dag in Schoonhoven ‘Zilverdag’ georganiseerd. De historische binnenstad is van 10:00 tot 17:00 één grote goud- en zilversmidsewerkplaats.
Ze kwam enthousiast thuis. ‘Ik heb wel een idee over wat jij kan gaan doen’ zei ze. ‘Je bent creatief, je bent graag met je handen bezig, je hebt interesse in techniek. Ga naar de MTS Vakschool in Schoonhoven! Je kan verschillende richtingen volgen en ik denk dat goudsmeden wel iets voor jou is.’
Ik kon mij er moeilijk iets bij voorstellen dus ging ik naar de open dag. Langzaamaan groeide mijn enthousiasme. Het ging echter om een MTS en met mijn havo diploma op zak wilde ik toch wel naar een HTS. Die was (en is) er in Nederland niet dus keek ik verder. In Pforzheim in Duitsland was wel een soort van HTS. Dat betekende wel in Duitsland op kamers en Duitstalig onderwijs volgen. Daar was ik nog niet klaar voor. Ik besloot naar Schoonhoven te gaan.
Het bleek een schot in de roos. Wat heb ik daar genoten! Ik slurpte alle informatie op. In het eerste jaar hadden we les in alle richtingen; goudsmeden, graveren, uurwerk maken en de juweliersrichting. Aan het einde van het jaar moesten we een richting kiezen. Ik had genoten van graveren en uurwerk maken maar van goudsmeden wilde ik meer. Om mijn kansen op de arbeidsmarkt te vergroten koos ik voor de combi-richting ‘juwelier/goudsmeden’. De uren waarvoor ik vrijstelling had (bepaalde onderdelen van wiskunde en scheikunde) bracht ik door in de bieb om te studeren of in een praktijklokaal om aan mijn opdrachten te werken. Ik raakte betoverd door de wereld van edelstenen en het bewerken van goud en zilver vond ik fantastisch. Dat ik met mijn twee handen en de verworven kennis zelf sieraden van edelmetalen kon maken was een openbaring. Dit ambacht wilde ik leren. Na 3 jaar school en 1 jaar stage haalde ik mijn diploma.
Hier geef ik (links op de foto) uitleg op een open dag op de vakschool
ICT
Het leven geeft je soms wat mysterieuze wegen om te bewandelen. Mede door het tekort aan vacatures in de branche kwam ik via een verzekeraar in de ict terecht. Na 10 jaar als software tester te hebben gewerkt ben ik al weer bijna 3 jaar werkzaam op een helpdesk voor een ERP pakket. Onze belangrijkste doelgroep zijn metaalverwerkende bedrijven. Dat sluit mooi aan op mijn achtergrond.
Het goudsmeden heb ik nooit los kunnen laten. In 2000 begon ik heel voorzichtig met ‘Jolanda’s goudsmidsatelier’. Parttime naast mijn werk. Met de komst van onze oudste zoon in 2005 ben ik daarmee gestopt. Het is een beetje lastig je hoofd bij het smeden te houden als er een 3 jarige hummel in huis loopt. Zo af en toe dook ik toch wel mijn atelier in. Gewoon voor mezelf en voor de fun. Na de komst van onze jongste zoon, eind 2010, wilde ik er toch weer mee aan de slag. Mijn kinderen kregen echter voorrang in de aandacht en het idee om weer te beginnen bleef bij een idee.
Het logo van ‘Jolanda’s goudsmids atelier’
AdopSier en SierDaden
Tot ik in februari 2015 op een zaterdag ochtend wakker werk met een concreet idee. Onze kinderen zijn geadopteerd op de leeftijd van respectievelijk 3 en bijna 5 jaar oud. De band met de geboortelanden van onze kinderen ervaren wij als heel bijzonder. Die nacht ontstond in mijn brein het idee om sieraden te maken die uiting geven aan de band met het land waar je van houdt. Waarin het silhouet van een land centraal staat. De mogelijkheden zijn eindeloos! Een silhouet kan op zo veel verschillende manieren worden weergegeven, er zijn zo veel materialen waarmee ik kan werken! Mijn enthousiasme stroomde over en mijn vingers wilden aan de slag. Ik had het eindresultaat al weer in mijn hoofd!
Na 10 jaar was er weer ruimte in mijn leven om mensen blij te maken met mijn creaties. In die 10 jaar ben ik ook wijzer geworden. Voordat ik van alles ging maken wilde ik eerst onderzoeken of er wel interesse was in een ‘geboorteland-sieraad’. Via adoptie organisaties, verenigingen en FB groepen zette ik een enquête uit met 9 vragen. De kleine 50 reacties die terug kwamen waren informatief en, nog belangrijker, enthousiast! Omdat een ‘geboorteland-sieraad’ ook voor onszelf heel bijzonder is wilde ik deze sieraden onderscheiden van al mijn andere creatieve ideeën.
Ik wilde echter meer. Andere sieraden maken, misschien wel weer fotograferen of sculpturen maken van speksteen. De mogelijkheden zijn ontelbaar. Alle creatieve ideeën in mijn hoofd hebben één duidelijke overeenkomst; ze zijn bedoeld om mooi te zijn, om te (ver)sieren, om van te genieten. Zo kwam ik op de namen SierDaden en AdopSier (deze naam is inmiddels opgegaan in SierDaden) en daarmee startte ik in het voorjaar van 2015 weer een atelier. Sierdaden omvat alles wat ik maak in de tijd die ik overhoud naast mijn gezin, naast mijn werk en naast mijn paard. Bezig zijn met SierDaden geeft mij energie. Het maken van sieraden, ze op de website zetten, het schrijven van een nieuwsbrief of deze blog. Het houdt de eindeloze stroom met ideeën op gang. Toppunt is het contact met mensen die blij zijn met de creaties die ik (speciaal voor hen) heb gemaakt. Daar wordt blij van en ik ben dankbaar dat ik dat mag doen.